Zeer instabiel en explosief poeder gevonden in Achterhoeks weiland: ‘Stof is heel gevaarlijk’

Vanwege het gevaar voor de omgeving hebben agenten de Explosieven Opruimingsdienst (EOD) opgeroepen. Een getuige zag in de buurt van de splitsing van de Kuiperstraat en de Wolfersveenweg rond 19.00 uur zakken met pakketjes liggen in de berm en waarschuwde de politie en brandweer.

Agenten zetten de omgeving ruim af en waarschuwde op hun beurt de EOD. ,,De stof is heel gevaarlijk’’, zegt een politieagent. ,,We nemen het zekere voor het onzeker om te voorkomen dat er slachtoffers vallen.’’

De EOD heeft onder meer een robot ingezet om het explosieve poeder uit de pakketjes te krijgen. ,,De stof is heel gevoelig. Dan gebruiken ze liever een robot dan menselijke handen. Want als het dan misgaat, is de robot beschadigd en niet een collega.’’

Het poeder is door de EOD samen met springstof ingegraven in een nabijgelegen weiland. Zo is het poeder tot ontploffing gebracht. 

De agent meldde dat de stof door criminelen wordt gebruikt. Volgens hem ligt het er al een paar dagen. ,,Als je eraan zit is het levensgevaarlijk. Als je er niet aankomt, is het niet gevaarlijk.’’

Een woordvoerder van de politie laat weten dat de stof wordt toegepast voor het veroorzaken van een explosie en bijvoorbeeld geen restproduct is uit een drugslab. De politie verricht onderzoek en roept getuigen op zich te melden.

De vondst van de springstof vormt het onverwachte sluitstuk van de Week tegen Ondermijning, die de afgelopen week is gehouden in de Achterhoek. De regionale burgemeesters waarschuwen al enkele jaren tegen de groeiende invloed en overlast van criminelen in de Achterhoek. Het gaat daarbij met name om drugscriminaliteit. De week van 11 tot en met 17 oktober was daarvoor aangewezen om aandacht te vragen voor deze vorm van criminaliteit.

In 2020 werden in het politiegebied Noord- en Oost-Gelderland - waar de Achterhoek onder valt - liefst 20 drugslabs opgerold. Het jaar ervoor waren dat er nog maar drie. Er is geen sprake meer van een waterbedeffect, maar van een uitbreiding, verzekerde de hoogste recherchechef Guus Philips van de politie Oost-Nederland over de verschuiving van het zuiden naar hogerop in de provincie. ,,Dit is een gebied met veel ruimte én vlak bij de grens.”

Bekend is onder andere de boerenschuur in het buitengebied van Drempt, waar Zuid-Amerikanen een enorm drugslab in hadden ondergebracht. Andere voorbeelden zijn grote vondsten in Langerak en Toldijk. Maar ook op kleinere schaal is een stijging zichtbaar. In Doetinchem werden bijvoorbeeld de afgelopen anderhalf jaar elf panden gesloten vanwege de vondst van druggerelateerde activiteiten als een hennepkwekerij of drugslab.