Tibetanen in shock door brand in belangrijkste heiligdom

Chinese media - Tibet werd in 1950 door communistisch Peking geannexeerd, meldden dat ‘het vuur snel uit was’. Er waren geen doden en gewonden, aldus de Tibet Daily. Ook de schade zou meevallen. 

Volgens het Volksdagblad in Peking zijn er geen relikwieën teloor gegaan. Onder de bevolking van Tibet werd de melding over de schade van de staatsmedia meteen in twijfel getrokken. Op zaterdag konden de inwoners van Lhasa duidelijk zien dat de vlammenzee door het dak sloeg van een pagode van het immense gebouw.

Volgens Robert Barnett, een Tibet-kenner in Londen, voedt de ‘onderdrukking van de vrije nieuwsgaring over de brand de angst onder de Tibetanen dat het hart van het boeddhisme aanzienlijke schade heeft opgelopen’. De staatsmedia maakten pas heel laat melding van de brand, vier uur na het uitbreken ervan. Bovendien werden foto’s van de brand verwijderd op sociale media. ,,De Tibetanen maken zich daardoor, terecht of onterecht, grote zorgen dat de schade zeer ernstig is’’, aldus Barnett.

Het complex is sinds de brand dicht. De Jokhang-tempel wordt al jaren scherp bewaakt door de Chinese veiligheidsdiensten. Met camera’s en een groot aantal bewakers. De maatregelen werden genomen in 2008 toen tientallen monniken de komst van een groep buitenlandse journalisten, die op uitnodiging van China in Tibet was, aangrepen voor een protest tegen de onderdrukking van Tibet en de campagne van Peking om het te ‘verchinezen’. Na de annexatie zijn de Tibetanen een minderheid geworden door de komst van miljoenen Han-Chinezen en staat de eeuwenoude Tibetaanse cultuur onder druk.

Ook in 1988 en 1989 werden er in en bij de tempel demonstraties gehouden. Sindsdien is het Monlam, het afsluitende gebed aan het einde van de Tibetaanse Nieuwsjaarsfeesten verboden, aldus Robert Barnett. Daarmee is de Jokhang niet alleen het belangrijkste symbool van het culturele en religieuze erfgoed van Tibet maar voor veel Tibetanen ook een belangrijk symbool van politiek verzet.