René Diekstra start nieuwe rubriek: ‘De rol van oma’s en opa’s wordt steeds groter’
Met zijn column en in zijn werk heeft psycholoog René Diekstra mensen kunnen helpen. Onder wie jongeren in psychische nood. Nu hij stopt als wekelijkse columnist, heeft hij ruimte om opa’s en oma’s advies te gaan geven.
Stonden je columns in één keer op papier of was het zwoegen en ploegen?
René Diekstra: ,,Het is 36 jaar zwoegen en ploegen geweest. Voordat een column in de krant staat, gaat er een heel geboorteproces aan vooraf. Met voorpijnen, weeën en de angst dat dat wat eruit komt niet levenswaardig is. Het is keihard werken.’'
Wanneer vond je een column geslaagd?
,,Als ik het gevoel had: dit is wat ik geloof, dit is wat ik wilde zeggen. En als Nelly en mijn oudste zoon een soortgelijk oordeel hadden. Zij lazen mijn columns altijd mee voordat ik ze naar de krant stuurde. Af en toe vond ik het nodig dat mijn jongste zoon, die jurist is, ook meekeek.’'
Las je vrouw Nelly mee om je onzekerheid weg te nemen?
,,Soms wel, en soms vergrootte ze mijn onzekerheid ook. Vroeger baalde ik ervan als zij - terechte - kritiek had, en ik daardoor weer aan het werk moest. Ik heb in die jaren vaak de stemming in huis verpest. Nu is dat niet meer zo en zie ik kritiek als een geschenk.’'
Oproep: Stel je vraag
In het Zo-katern van zaterdag 26 februari verschijnt de eerste aflevering van Ouder & Wijzer, de rubriek waarin René Diekstra als psycholoog en opa antwoord geeft op vragen van oma’s en opa’s. Heb je een vraag voor hem? Zoals: mijn kleinkinderen zitten constant op hun telefoon als ze op bezoek zijn, zeg ik daar wat van? En hoe dan? Of: Mijn kinderen vind ik te softe of juist te strenge opvoeders, heb ik recht van spreken? Elke vraag is welkom. Mail naar ouderenwijzer@dpgmedia.nl
Hoe heb je in de afgelopen 36 jaar de maatschappij zien veranderen als columnist?
,,Mensen willen steeds meer psychologische informatie horen die belangrijk is voor hun dagelijkse leven. En de drempel om over psychologische problemen vragen te stellen is veel lager. Mensen gaan vaker in gesprek met elkaar, ze zien de relevantie daarvan. Zo heb ik in 1987 een column geschreven over het belang om je ouders te interviewen. Daar kreeg ik toen hooguit twee reacties op. Vijf jaar geleden schreef ik er weer over en kreeg ik zo’n tien reacties. Toen ik er vorig jaar over schreef onder de titel Intieme vreemden, heb ik in enkele maanden duizenden reacties gekregen. Uiteindelijk heb ik er het boek In gesprek met je ouders over geschreven.’'
Heeft deze column voor jou het meest betekend?
,,Ik heb geteld hoeveel columns ik afgelopen jaren heb geschreven en kwam uit op 1711. Drie ervan zijn voor mij het belangrijkst geweest. Deze is daar een van (onderin het artikel).
De tweede is de column Verzorgingshuis of plaats delict. Daarin beschreef ik hoe ik door een camera in een wekker erachter kwam dat mijn schoonmoeder stelselmatig bestolen werd in het verzorgingshuis. Dankzij de column is er nu veel aandacht voor in verzorgingshuizen en kun je camera’s vragen als je een vermoeden hebt.
De derde column die veel voor me heeft betekend is Psychologische veiligheid. Die draait om dat je op de werkvloer veilig moet kunnen zeggen als je vindt dat iets niet goed gaat. Die kwestie speelt nu ook met The Voice.
Waarschijnlijk hebben een heleboel mensen gewerkt in een sfeer waarin ze voelden en zagen dat die niet klopte. Maar waar de psychologische veiligheid zo gering was dat ze het niet in hun hoofd haalden om er iets van te zeggen. .’’
Je hebt vaak geschreven over de psychische weerbaarheid van jongeren. Waarom is dat zo belangrijk voor jou?
,,Als tiener heb ik een beroerde tijd gehad. Ik had veel conflicten thuis. Vrienden en vriendinnen zaten in soortgelijke situaties, met sombere en suïcidale gedachten.’'
Waarom had jij conflicten thuis?
,,Mijn vader was een buitengewoon autoritair mens. Hij stond veel niet toe en kon straffend en vernederend reageren. Mijn broers, zus en ik zagen geen andere mogelijkheid dan zo veel mogelijk van huis te zijn.’'
Wat wilde jij wat hij niet toestond?
,,Ik wilde psychologie studeren. Dat vond hij een maf vak waarmee je geen droog brood kunt verdienen. Na veel geruzie volgde een compromis: als ik het een jaar zou volhouden in een psychiatrische inrichting, zou hij mijn studie betalen. Dus ik ben op mijn zeventiende gaan werken.’'
Zeiden ze niet: wat kom je doen?
,,Nee, ze hadden gebrek aan personeel, dus ik werd verpleegkundige in opleiding. Ik heb toen meegemaakt dat een patiënt met wie ik een vriendschap had opgebouwd, een dag na zijn ontslag voor de trein sprong. Het was de eerste keer dat ik met suïcide in aanraking kwam, dat heeft veel voor me betekend.
Jarenlang heb ik me ingezet om zelfdoding bij jongeren te voorkomen, en nog. Ik heb programma’s opgezet die suïcides en suïcidepogingen voorkomen, onder meer voor scholen. Instanties als 113 weigeren om ze onder de aandacht te brengen. Ik werk aan een petitie om te zorgen dat zulke programma's verplicht worden. We weten dat het werkt en de nood is groot.’'
Jij hebt meerdere keren zelfdoding overwogen. In hoeverre heeft dat jou gevormd als psycholoog en columnist?
,,Ik heb vaker de lokroep van de dood gehoord. Op mijn twaalfde al toen ik op het seminarie zat. En ook later. Dat ik dat nooit zal doen, is ook doordat ik me zo intensief met de weerbaarheid van jongeren heb beziggehouden. Ik heb gezien wat hen wel en niet over de rand kan duwen. Daardoor kon ik mezelf er steeds van weg slepen.
Vaak heb ik jonge mensen gesproken die het niet meer zagen zitten. Dan stelde ik voor dat ze samen met mij afscheidsbrieven zouden schrijven. Vervolgens vroeg ik ze die voor te lezen en zich innerlijk te wapenen. Dat verhoogde hun weerbaarheid. Daar leerde ik ook van. Iemand roept mijn hulp in en helpt mij daardoor ook, hoe gek het ook klinkt.’'
Praten over zelfmoordgedachten kan anoniem: chat via 113.nl, bel 113 of bel gratis 0800-0113.
Je begint de rubriek Ouder & Wijzer waarin je vragen van oma’s en opa’s beantwoordt. Wat voor opa ben jij zelf?
,,Een liefhebbende opa, denk ik. Voor mij is het belangrijk om onze zes kleinkinderen vaak te zien en samen met hun oma met ze in de weer te zijn. We eten in elk geval eenmaal per week met het gezin van onze jongste zoon. Geregeld schuiven mijn andere zoons ook aan. Vóór corona paste ik een halve dag in de week op mijn jongste kleinkind, toen 1 jaar. Ik was bijzonder verdrietig dat ik zijn ontwikkeling niet meer kon volgen. We hebben in huis bewegwijzering gemaakt zodat de kleinkinderen wisten hoe ze afstand konden houden en toen konden ze altijd komen.’'
Wat heb je zelf door de jaren heen moeten leren als opa?
,,’Houd je in’, op het moment dat je de ouders wat zag doen waarvan ik dacht ‘dat kan anders’. Een kind disciplineren op een bepaalde manier bijvoorbeeld. Ik bemoei me er zo min mogelijk mee. Mijn kinderen vinden wel een manier om daar handiger mee om te gaan.’'
Waarom wil je de nieuwe rubriek Ouder & Wijzer maken?
,,De rol van oma’s en opa’s wordt steeds groter. In onze tweeverdienersmaatschappij is de vraag: wie past op de kinderen? Het ligt voor de hand om dat mede door opa en oma te laten doen. Ze leven langer en ze zijn gezonder. Daardoor zijn er ook meer gevallen waarin conflicten een rol spelen, bijvoorbeeld na een scheiding.
Ik vind het zo triest dat er 22.000 grootouders zijn die hun kleinkinderen niet mogen zien. Zij hebben geen poot om op te staan. Uit ontwikkelingspsychologisch onderzoek blijkt dat het slecht is voor de kleinkinderen. Er valt wat dat betreft een hoop te doen. Wat is de rol van de grootouders? Hoe zorgen wij ervoor dat zij beter betrokken worden? Ik kijk uit naar de vragen die lezers gaan stellen. En eraan bij te dragen dat zij meer kunnen genieten van hun rol en hun mogelijkheden beter benut worden.’’
Laat je lust om te leven nooit ondergesneeuwd raken
René Diekstra schrijft hier zijn laatste beschouwende column. Hij begint aan een nieuwe rubriek die maandelijks zal verschijnen.
Tijdens een televisiereportage over de tornadoramp die het stadje Dawson in Kentucky afgelopen december volledig wegvaagde, werd aan een tussen het puin scharrelend echtpaar gevraagd of ze hun huis waren kwijtgeraakt. De man antwoordde dat er behalve de auto vrijwel niets meer van hun bezittingen over was. ,,Maar, ik ben blij dat ik nog leef’', voegde hij eraan toe terwijl een begin van een glimlach door zijn verdrietige gezicht heen leek te breken. En toen, met een liefdevol verontschuldigende blik op zijn vrouw: ,,Oh sorry, dat we allebei nog leven.’'
Waarom is er vaak een ramp of bijna-ramp voor nodig om het gevoel van blijdschap op te rakelen over het feit dat we leven? Zou diezelfde man, ik schat hem circa vijftig, ooit eerder hardop hebben gezegd dat hij blij was te leven? Of tegen anderen in zijn directe omgeving hebben gezegd dat hij blij was dat zíj leefden, dat zíj er waren?
Beslommeringen en bezigheden
Ik heb de indruk dat het wezenlijke gevoel blij te zijn te leven dikwijls slijt door de wijze waarop we leven. We dompelen ons zo onder in de beslommeringen en bezigheden van ons dagelijks leven, van ons werk, relaties en obstakels, we ‘stressen’ zo, dat daarmee het pure, basale gevoel van levensvreugde, dat we ooit als kind ervaren en uitgestraald hebben, grotendeels weggedrukt wordt.
In zijn verzameling Bengaalse gedichten, getiteld Gitanjali, schrijft Rabindranath Tagore dat het lied dat hij wilde zingen nooit door hem gezongen werd, omdat hij zijn dagen doorbracht met het spannen en ontspannen van de snaren van zijn instrument.
Er spreekt een zekere droefheid uit deze regels. Droefheid dat je zo gepreoccupeerd kunt raken met de details, de bezigheden van alledag, dat je er nooit aan toekomt datgene te uiten dat in de meest letterlijke zin van het woord, essentieel (van het Latijnse woord voor ‘zijn’) is.
Blijkbaar is het soms nodig dat al de bagage die we door onze dagelijkse uitsloverij hebben verzameld, wordt weggenomen, zoals in het geval van de man in Kentucky, wil dat essentiële gevoel weer ervaren kunnen worden. Dat is wat we van Dawson kunnen leren, en in zekere zin van elke ramp die de spullen, bezigheden of gewoonten wegvaagt waarmee we ons leven zo volgestouwd hebben: laat de zorgen van alledag niet de essentie vormen van je houding ten opzichte van het leven. Lieve lezers, dit was mijn laatste column op deze plek. Dank dat jullie al die jaren met me mee hebben gedacht.
Gratis onbeperkt toegang tot Showbytes? Dat kan!
Log in of maak een account aan en mis niks meer van de sterren.Lees Meer
-
De nare bijsmaak van de term Human Resources: ‘Mensen zijn geen productiemiddelen’
Psycholoog Thijs Launspach is stressexpert en auteur van het boek Fokking druk. Hij verwondert zich over het moderne werken en geeft elke week tips voor meer geluk en minder stress op je werk. Vandaag: Human Resources -
PREMIUM
Kleinschalig wonen voor demente ouderen is ‘booming’: ‘Er is een enorm tekort aan zorghuizen’
Kleinschalige woonvormen voor ouderen met dementie schieten als paddenstoelen uit de grond en initiatieven voor dergelijke zorgcomplexen nemen toe. Zorghuizen voor de oudere medemens zijn ‘booming’. -
PREMIUM
Hoe herstel je na een beroerte? ‘Weet dat het meer is dan een toevallige gebeurtenis’
Wat als je lichaam je opeens in de steek laat? Het overkwam de Duitse schrijver en acteur Joachim Meyerhoff (54). Over de hobbelige weg naar herstel schreef hij een boek. ‘Het is hard werken om optimistisch te blijven.’ -
PREMIUMBinnenkijken
Ze wonen in een stijlvol herenhuis, toch vertrekken Birgit en Martin voor ander pareltje
Birgit Verwer en Martin Hoorweg verkopen hun prachtige herenhuis aan de Valkenboslaan in Den Haag. Ze wilden al langer de stad uit, en hebben nu het pareltje gevonden dat ze zochten, in het buitengebied van het Achterhoekse Doetinchem wel te verstaan. -
PREMIUMmet video's
Landelijk lachgasverbod vertraagd, artsen luiden noodklok: ‘We zien twintigers met hartinfarcten’
Het door het vorige kabinet aangekondigde verbod op lachgas is opnieuw vertraagd en kan nu op zijn vroegst 1 januari 2023 ingaan. Artsen en verslavingsexperts manen het kabinet en Tweede Kamer om haast te maken. Het kabinet roept gemeenten alvast op een lokaal verbod in te stellen.
-
PREMIUM#dezorgvanmorgen
Hoe houden we de zorg overeind? ‘Niet behandelen is ook behandelen’
Lange wachtlijsten voor operaties, niet altijd meer genoeg thuiszorg, patiënten die niet altijd bij de huisarts terechtkunnen. Het piept en kraakt in de zorg. Hoe blijft er voor iedereen genoeg hulp in de toekomst? -
PREMIUMGeld & Geluk
Ron en Yvonne wonen in Sri Lanka: ‘We houden van luxe, maar vinden snel iets duur’
In deze rubriek vragen we lezers naar hun relatie tussen Geld en Geluk. Ron en Yvonne hebben Sri Lanka even verruild voor Nederland. ‘Verbazend hoe ontevreden mensen hier kunnen zijn, terwijl ze zoveel keuzes hebben.’ -
PREMIUM
In paniek op een drukke plek? ‘Komt vooral door hoe jij jezelf voelt’
Een volle concertzaal, een drukke winkelstraat: sommige Nederlanders vinden het héél onprettig of raken ervan in paniek, ook omdat ze het door corona niet meer gewend zijn. Waar zijn we precies bang voor, en wat kunnen we eraan doen? Eerste tip van angst- en fobiecoach Pieter Frijters: begin met het strekken van je tenen.