Glijbaan en klimrek kunnen niet meer zonder pannakooi in Losser

Dat blijkt uit een grote inspectieronde die de gemeente heeft gedaan voor een nieuw speelruimteplan. 

„Op speelplekken zie je nog vaak een klimrek, een glijbaan en een zandbak”, zegt wethouder Harry Nijhuis (CDA), „maar het is ook belangrijk dat de oudere jeugd zich aangetrokken voelt om naar een plek in de buurt te gaan om te bewegen en elkaar te ontmoeten. We willen alle leeftijdsgroepen iets bieden. Zo hebben we in De Lutte bijvoorbeeld pannakooien voor de oudere jeugd die wil voetballen.”

Het jongste speelruimteplan van Losser dateert van 2007.  Tijd voor een frisse blik, met meer aandacht voor variatie én ruimte voor kinderen met een beperking. 

„Die laatste groep is weliswaar niet zo heel groot, maar we vinden het belangrijk dat kinderen met een beperking ook verantwoord en veilig kunnen bewegen en mee kunnen doen met leeftijdsgenoten”, zegt Nijhuis.

Daarvoor moet in de eerste plaats de toegankelijkheid van de speelplek goed zijn: „Geen lastige hekjes dus, of zandpaden waardoor een kind in een rolstoel niet bij een geschikt speeltoestel kan komen. Dat soort dingen, daar moeten we allemaal veel beter naar kijken bij onderhoud, vervanging en nieuwe aanleg van speelplekken.”

Voor het vernieuwde speelruimteplan is geen extra zak geld klaargezet. Het is een visie om de jaarlijkse budgetten voor speelruimtes anders te besteden. Nijhuis: „We gaan dus niet morgen bij elke speelplek alles op z'n kop zetten, maar we willen in overleg met bewoners bekijken wat nou echt een eigentijdse inrichting is voor die plek op het moment dat er vervanging of onderhoud nodig is.”

Bij de voorbereiding van nieuwe speelplaatsen wordt niet alleen meer aan de jongste jeugd gedacht.  „In een nieuwbouwwijk zoals De Saller in Losser  zie je dat goed. Daar leggen we nu een nieuw speelveld aan waarbij we nadrukkelijk naar meer variatie van aanbod kijken”, zegt Nijhuis.

Losser vindt voor de lichamelijke en sociale ontwikkeling van kinderen en jongeren belangrijk dat ze vaker buiten zijn, meer bewegen en elkaar volop kunnen ontmoeten.

„Hangplekken hebben een heel negatieve klank, die  met overlast te maken hebben”, zegt Nijhuis, „maar je kunt de ruimte ook zo inrichten dat tieners de toestellen niet kinderachtig vinden en elkaar ontmoeten zonder overlast te geven.”