Keolis wil wet aanscherpen na incidenten op lijn Enschede-Zwolle

Treinen van Keolis reden eind 2017 en het begin van 2018 veel vaker door rode seinen. Het leidde tot een onderzoek van de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) en Kamervragen. De zogenoemde stoptonendsein-passages (STS) werden mede geweten aan onervarenheid van de machinisten.

Die onervarenheid ontstond volgens Broersma doordat Keolis genoodzaakt werd een heel contingent aan nieuwe machinisten op te leiden. Van de NS, de voorgaande concessiehouder, kwam niet één machinist of conducteur over naar Keolis. Dat probleem doet zich volgens Broersma niet voor wanneer een buslijn van de ene concessiehouder naar de andere overgaat.

Volgens hem is de Wet personenvervoer dan ook niet toegesneden op spoorlijnen en daarmee aan een herziening toe.

Volgens de Keolisdirecteur heeft de NS, voorafgaand aan de aanbestedingsprocedure, opgegeven dat bij de concessie 180 man personeel betrokken is. „Dan mag je ervan uitgaan dat wanneer de lijn overgaat, die mensen ook gekoppeld blijven aan die lijn”, zegt Broersma.

Volgens bestuurder Henri Janssen van FNV-spoor wekt Broersma een verkeerde indruk wanneer hij zegt dat personeel door de NS aangewezen zou moeten worden en dat die mensen naar de nieuwe concessiehouder over zouden moeten gaan. „Dat is wensdenken”, zegt Janssen.

„Het is niet zo dat de NS mensen als een soort lijfeigenen kan aanwijzen en zeggen 'sorry jongens, maar jullie gaan nu over naar Keolis'. Dat kan ook niet, want het staat het basisprincipe van vrij verkeer van personeel in de weg.”