Extra miljoenen voor Hellendoorn, Rijssen-Holten en Wierden: ‘Maar eerst zien, dan geloven’

De drie mogen zich gelukkig prijzen, want er zijn ook gemeenten die (fors) minder ontvangen. Maar de financiële wethouders Jelle Beintema, Erik Wessels en Richard Kortenhoeven houden een flinke slag om de arm, want ‘eerst zien dan geloven’. In elk geval horen ze niet bij de gemeenten die er soms miljoenen op achteruitgaan. Zoals het Groningse Hoogezand-Sappemeer - qua inwoners vergelijkbaar met de drie gemeenten in de Reggestreek - dat er maar liefst ruim 5 miljoen op achteruitgaat.

„Het duurt nog even voordat het zover is en we moeten nog maar afwachten of het zo uitpakt zoals het nu wordt voorgesteld”, aldus wethouder Beintema van Hellendoorn. „Zoals ik ook de gemeenteraad heb meegedeeld gaat onze gemeente er ingevolge het herverdeeleffect per saldo 37,89 euro per inwoner op vooruit oftewel  1,36 miljoen. Wij steunen verder de algehele lijn van de VNG (Vereniging Nederlandse Gemeenten - red.) dat invoering van de herverdeling alleen kan als het gemeentefonds in omvang toeneemt; dus als de koek groter wordt.”

Ook wethouder Wessels van Rijssen-Holten staat niet meteen op tafel te dansen van geluk. „Of we daadwerkelijk ruim 1 miljoen extra ontvangen is nog van veel zaken afhankelijk. De herverdeling wordt vanaf 2023 stapsgewijs ingevoerd. Wij verwachten dat de effecten in de meerjarenbegroting 2022-2025 zichtbaar worden.”

Wethouder Kortenhoeven van Wierden maakt nog een flink voorbehoud. „Zoals het er nu uitziet, krijgen we vanaf 2025/2026 1,3 miljoen meer uit het fonds. Maar of we dat dan echt ontvangen, is nog hoogst onzeker. Want er komt na de verkiezingen een nieuw kabinet, en je moet maar zien wat dat doet. Onze financiële situatie blijft zorgwekkend, met weer een tekort van 1,6 miljoen op jeugdzorg.”