Om de zorg te ontlasten, moeten we de huisarts digitaal benaderen

KANDIDATEN VOOR HET LEZERSPANEL GEZOCHT

Heb jij een mening die je wilt delen met lezers van De Gelderlander, stuur dan een bericht naar Ine Dulos (mail@gelderlander.nl) met je naam, leeftijd en woonplaats

Spreekuren kunnen prima online

Het tekort aan huisartsen vraagt om maatregelen om dienstverlening te kunnen blijven bieden. Zorg op afstand vind ik een goed alternatief, mits je maatwerk blijft leveren aan doelgroepen voor wie de digitale ontwikkelingen te complex zijn. Corona heeft ons geleerd dat het werken op afstand effectief kan zijn, en waarom zou dat niet kunnen voor spreekuren van huisartsen en specialisten? Toen samenkomen vanwege corona niet mocht bleek dat de spreekuren via video prima werkten. Uiteraard blijven fysieke handelingen door een huisarts noodzakelijk, maar het lijkt mij dat vele bezoeken aan de huisarts achteraf prima online hadden gekund. Het persoonlijke contact is het wenselijkst, maar we spreken over een periode van krapte en tekorten aan huisartsen en dan moet je nadenken over alternatieve wijzen om de patiënten te bedienen. Volgens mij levert thuisarts.nl al een deel van de oplossing.

Marcel Janssen, Ottersum

Huisarts of kluisarts?

Ons land gaat gebukt onder een groot gebrek aan huisartsen. Weliswaar wordt al een aantal jaren gepoogd dat gebrek een beetje te verminderen door de aanstelling van arts-assistenten, maar dat lost het probleem maar een beetje op. Toch hechten patiënten aan persoonlijk contact met hun arts. Dokters die dat proberen te beperken en ook niet gemakkelijk bereid zijn een patiënt thuis te bezoeken, komen in aanmerking voor een nieuwe naam: kluisarts. Door gebruik te maken van de digitale wereld kunnen ze die kluis een beetje ontstijgen, zeker als gebruik wordt gemaakt van beeldvideo. Eerst zal dan vastgesteld moeten worden bij welke patiënten dit middel kan worden toegepast. En ook dat kost weer tijd en inspanning. De ouderen onder ons zullen moeten wennen aan een andere relatie met hun vertrouwenspersoon, die ze recht in hun gezicht willen blijven kijken, in de hoop goed nieuws te horen.

Ben Straatsma, Didam

Een goede relatie is ook belangrijk

Contact met de huisarts via WhatsApp, videobellen etcetera is erg handig voor korte en eenvoudige vragen. Bijvoorbeeld over medicijngebruik of als je nog iets wilt toevoegen naar aanleiding van een recent bezoek aan de huisarts. In de huisartsenpraktijk waar ik bij ben kan ik ook gebruik maken van de telefonische spreekuren die een paar keer per week worden gehouden. Handig, maar je bent meer dan je hoofd of je stem! Een arts kan door de manier waarop iemand binnenkomt in de spreekkamer, hoe iemand loopt, een hand geeft en andere waarnemingen al een indruk krijgen van betreffende persoon. Dit geeft vervolgens de arts in het consult completere informatie over de gezondheid van de patiënt. Een goede relatie is ook belangrijk en het persoonlijke contact kan daarbij helpen. Uiteindelijk kan dat allemaal tot betere diagnoses leiden en dus betere adviezen en behandeling en daar gaat het toch om?

Mieke Hydra, Nijmegen

Digitaal moet niet de eerste ingang zijn

Volgens mij kan een huisarts zijn of haar taken op verschillende manier uitstekend uitvoeren. Een manier om efficiënter te werken kan zijn om ook digitaal te gaan. Kán... want niet altijd is digitaal beter. Een diagnose kan alleen maar gesteld worden met duidelijke vraagstelling, een duidelijke foto en als de patiënt de mentale vaardigheid heeft om een e-mail niet als appje te gebruiken, want dat zadelt de huisartsen juist met meer werk op in plaats van minder. Als het mogelijk is, is het natuurlijk wel mooi om naast het normale spreek uur digitaal contact te hebben.

Wanneer het volgens de arts kan, is het een mooi tijdbesparend middel voor beide partijen. Om nou te stellen dat per definitie de eerste ingang digitaal is om de arts te ontlasten, dat lijkt mij zeker niet! Ik verwacht zelfs door de te verwachten miscommunicatie eerder meer dan minder werk voor de arts. Hier alvast een digitaal doekje voor het bloeden.

Ferdinand Rasing, Ede